Gegroet,
16 juli 2011, al 3 dagen weg van huis, en nog niet echt het gevoel dat ik in weg ben, dat kan mss wel aan het weer liggen, het is hier namelijk zwaar bewolkt, dus voel ik maar af en toe de zon die mij verwarmt, het is hier eigenlijk zelfs een beetje koud.
Na de nachtvlucht richting EthiopiĆ«, moest ik normaal 3 uur wachten op het vliegtuig naar Nairobi, dat zijn er uiteindelijk 10 geworden wegens een mechanisch defect, maargow, we hebben eten gekregen om het goed te maken. Eigenlijk heb ik me niet verveeld, ik heb 3 Amerikaanse studenten leren kennen, 2 Poolse dokters die in Dubai werken, 2 Belgen op huwelijksreis en nog enkele andere vriendelijke mensen (het wachten op een vliegtuig kan nogal een band scheppen he), en allemaal gingen ze op Safari, buiten ik, ik was weer de specialen die op stage gaat en een inheemse boom gaat onderzoeken. Soit, ipv ’s middags kwam ik ’s avonds aan in Nairobi (en het was al donker, lap) Geen uitstapje meer, direct naar het guesthouse waar ik de nacht mocht doorbrengen nadat ik kennis had gemaakt met de Keniaanse visie op veilig verkeer.
Mijn verblijf in Nairobi was van korte duur, om 5H45 mocht ik al opstaan, want ik werd opgehaald om naar Kibwezi te gaan, alwaar de boerderij van mijn promotor (Jan Vandenabeele) is, en waar Better Globe ook een project heeft. 220km en 3 verkeersongelukken verder langs de Mombasa Road, moest Jan eerst nog naar een farmers vergadering in een klein dorpje, ergens op het platteland. We pikten onderweg ook nog Nyambani op (de manager van de boerderij van Jan) en een andere vrouw, de vrouw had iets aan haar voet, dus sprong ik samen met Nyambani in de laadbak van de Pick up, supercool dadde! Op baantjes die soms meer op uitgedroogde rivierbeddingen leken, fieters, brommers en ossen paserend maakte ik kennis met het rurale droogland van Kenia. Rond 11h ofzo kwamen we dan aan in het dorpje waar we moesten zijn (ben natuurlijk de naam vergeten). Moeilijk om te beschrijven hoe zo’n dorpje eruitziet en foto’s heb ik niet getrokken want ik had men kodak niet mee. Soit, ik moest er eigenlijk 2 uur mijn plan trekken terwijl Jan en Nyambani in de meeting zaten. Dus ben ik maar een beetje beginnen rondlopen en tegen mensen beginnen praten. Ik vond het eigenlijk wel leuk, en naast 1 kindje die ik duidelijk bang gemaakt had met mijn verschijning en 15 minuten lang stond te wenen, denk ik dat de mensen van het dorp het ook wel leuk vonden, veel blanke mannen gaan er wel nog niet zonder reden in het dorp hebben rondgewandeld zeker. Ik ben ook in de lokale bibliotheek terechtgekomen alwaar ik mijn Swahili verder bijschaafde ;-) Maar net toen ik buiten kwam was de school gedaan, wat resulteerde in heel veel kinderen die heel enthousiast zwaaiend “Jaammbooo” of “How are you doiiinng” riepen. Terwijl ik terug wandelde naar het huis (ofja, groep van kotjes die samenstaan in 1 kring) alwaar de meeting was, kwam er een jongetje naast mij lopen, In mijn beste swahili stelde ik mij voor, maar veel verder dan namen uitwisselen kwamen we natuurlijk niet, Engels leren ze wel op school, maar hij was nog redelijk jong. Hij noemde Chris en woonde in het huis waar de meeting was (die nog steeds bezig was). Ik bleef nog wat rondhangen en Chris was duidelijk geamuseerd door mijn net geleerde Swahili-woordjes zoals Kuku (kip) en lala (slapen). Hun hondje was duidelijk niet zo geamuseerd en wou heeltijd in mijn kuiten bijten, gelukkig wist Chris hoe hij dat kleine onding moest aanpakken met een stok (dat heb ik later natuurlijk ook geprobeerd xD). Iets later toen ik wat op hun land aan het rondkijken was kwam hij aangelopen met een kommetje met bruine pap in (ook die naam ben ik vergeten), terwijl de meeting nog bezig was zat ik daar dus met Chris een bruin pap te eten en dom te doen met mijn zonnebril en alles wat ik bij mij had. Jaja, ik had mijn eerste Keniaanse vriend gemaakt. Toen we bezig waren aan het spelen met de gele vruchtjes van een nachtschade-achtige (niet op te eten dus ;-) was de meeting gedaan en moesten we op weg naar de boerderij van Jan. Daar kreeg ik een persoonlijke rondleiding in zijn Mango-boomhaard en uitleg over hoe het allemaal werkt. Er was echt een gigantisch verschil met de boerderijen waar ik 1 uur eerder geleden door had gelopen. Mijn eerste bemerking was dat het veel groener en properder (geen onkruid en een veel mooier gewas). Jan heeft namelijk een zeer goed waterhuishoudingsysteem wat van cruciaal belang is in een vijandig en agressief klimaat zoals het droogland (water is life, en dat mag je hier wel redelijk letterlijk nemen). Maar om zo’n goed systeem te hebben, heb je geld en kennis nodig, en dat is nu ongeveer wat Better Globe wil doen. Ze willen de lokale boeren helpen beter gewas te groeien door zowel geld en kennis te verschaffen; kennis via training, en geld via micro-kredieten, een goeie vorm van ontwikkelingssamenwerking als je het mij vraagt. Soit, na een lange dag verbleven we in het Guesthouse van Gunther (Een Duitser die zeer lekker eten had gemaakt). En daarna vroeg in bed, want om 5h wou Jan al terug naar Nairobi vertrekken. Bijna aangekomen in Nairobi vertelde hij mij hoeveel Kenia veranderd was sinds hij er 13 jaar geleden kwam wonen. Er is hier een enorme economische groei aan de gang, langs de Mombasa-road, dicht bij Nairobi schieten de fabrieken uit de grond en worden nieuwe steden gevormd, en dat een 50-tal km lang. Maar het schijnt dat het in China nog veel erger is. Ik weet niet goed wat ik van die economische groei moet denken, aan de ene kant is dat wel goed, maar aan de andere kant vrees ik dat het ongecontroleerd onvriendelijke proporties kan aannemen. Nairobi is nu al een hel van verkeer, binnen 10 jaar kan je er waarschijnlijk bijna niet meer door met de auto.
In Nairobi heb ik ondertussen al wat rondgelopen (de mensen zijn er minder vriendelijk alleszins), maar het weer al iets beter. Later meer daarover want ik loop hier nog tot woensdag rond! Oew yeah!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten