maandag 1 augustus 2011

De kunst van het bomenplanten

Habari rafiki,

Sinds mijn aankomst in Kiambere, alwaar een zeer grote plantage van Melia volkensii (“De” boom) in aanmaak is, heb ik al veel meegemaakt. Maar we beginnen bij het begin, de reden van mijn stage hier bij “Better Globe Forestry” (BGF).

“Better Globe” heeft de slogan: Making money doing good, BGF is daar een onderdeel van en specialiseert zich in het gebruik van semi-aride gebieden voor agroforestry; bosbouw met landbouwdoeleinden (een boomgaard zou je in principe ook kunnen zien als agroforestry, maar de Melia’s worden voornamelijk gebruikt voor hun termiet-resistent mahonie hardhout). Het probleem met semi-aride gebieden is…tum tutututum…water. De gemiddelde neerslag hier is veeeeel lager dan het verlies door evaporatie en afvloeiing, resultaat: zeer droge grond, en dan is die neerslag nog eens geconcentreerd in twee regenseizoenen. Wie de actualiteit goed gevolgd heeft, zal weten dat de laatste regenseizoenen hier niet al te deftig waren. Ik zit hier gelukkig bij een stuwmeer die de lokale bevolking van voldoende water voorziet, maar 50km verder zitten ze wel in de dikke shit want daar is geen water. Ik ben er wel nog niet geweest, maar het schijnt dat de mensen daar alles eten wat ze maar kunnen vinden (van zeer bittere vruchten tot egels) en dat de kippen plastic zakken verorberen (al kan dit overdreven zijn…toch zit er waarschijnlijk wat waarheid in). Het stuwmeer hier wordt gevoed door de grootste rivier van Kenia, de Tana-river, en die komt rechtstreeks van Mount Kenia. Dus het moet toch wel nog even zeer droog blijven tegen dat die zonder water komt te zitten, maar ook hier staat het water van het meer zeer laag, 10m lager dan normaal, en je ziet het iedere dag beetje bij beetje dalen, dit zal nog doorgaan tot het volgende regenseizoen in oktober (als het dan weer een slecht regenseizoen is…dan…ja, dan vrees ik dat het volgend jaar NOG erger wordt. Op tv hier zie je ook de regering zeggen dat het probleem niet bij het voedsel ligt, maar bij de distributie. Mijn goede vriend George Tarus (een Bosbouw-ingenieur met het hart op een zeer goede plaats, ik vertel later meer over deze jonge weldoener) heeft daar zo zijn eigen mening over. Hij zegt dat de regering al 3 maanden, en eigenlijk al van voor dat regenseizoen, wist dat er hongersnood aan zat te komen, en tevens is dit ook niet de eerste keer dat dit gebeurd. Nu pas maken ze geld vrij en zijn er grote problemen met de logistieke aspecten van de voedselhulp, niet alleen is dit veel te laat, maar een groot deel van dat geld hadden ze beter kunnen gebruiken om deze problemen te voorkomen. Jup, het is mogelijk om deze problemen te voorkomen…en dan keer ik terug naar Better Globe Forestry als voorbeeld voor een oplossing.

Kiambere is een typisch gebied waar onzorgvuldige landbouwpraktijken de bodem volledig naar de kloten heeft geholpen (en zo is dat op veel plaatsten in het droogland). Omdat er geen beplanting meer is die de grond vasthoudt, is de goede toplaag al volledig weggeërodeerd door wind en water (tijdens het regenseizoen ontstaan gigantische errosion gulleys (googelen die handel)). Het waterhoudend vermogen van de onderliggende bodems is maar matig, en aangezien er geen blijvende beplanting op staat wordt iedere vorm van organische aanrijking van de bodem samen met de rest weggespoeld. Wat doe je dan met een bodem die geen water kan vasthouden wanneer er eens een slecht regenseizoen passeert? Honger lijden….of...bomen planten dachten ze zo bij Better Globe Forestry. Niet alleen planten ze bomen die zeer goed groeien in droge gebieden en zo geld kunnen opleveren, maar ze herstellen de bodem en houden de nieuw gevormde toplaag vast. Daarnaast creëren de bomen schaduw en zorgen ze voor een hogere lucht-en grondvochtigheid, exit oncontroleerbaar waterverlies. En als je nog niet overtuigt bent dat het nieuwe groene uitzicht die deze normaal bruinbroodkleurende dorre gebieden een oase van leven maken…dan…moet je blijven lezen. Het is ook geweten dat grote beboste gebieden regen aantrekken of ze zelf maken, dus is het de bedoeling van BFG om echt duizenden hectaren bomen te planten om de toenemende desertificatie een halt toe te roepen. Ik zit nu op een plantage van 100ha waar zo’n 97 mensen werk vinden, binnenkort wordt de plantage uitgebreid en zal nog meer werkgelegenheid gecreëerd worden die een nog grotere boost zal geven aan de lokale economie. De werknemers hier verdienen 250KeniaanseSHilling (2€) per dag, het lijkt weinig, maar het is zowat een verdubbeling van het normale gemiddelde dat je hier kan verdienen ALS je werk vindt. En met 250KSH kan je met twee zeer goede gevulde winkelzakken van de lokale markt terugkeren (dat heb ik trouwens bewezen door getheri (een lekker brouwsel van bonen en maïs) te maken voor mijn mede-werkenden van in de nursery, 200KSH en 13 mensen hebben een goede lunch gehad. Samen koken is hier trouwens één van de vele manieren die ze hebben om geld te besparen).
Dus…herstel van de grond, creëren van bossen, tegengaan desertificatie en een gigantische boost voor de lokale economie. Maar wat die ik nu juist…Hello, my name is Zjef and I’m a student Aplied Bio-engineering at University College Ghent, Belgium. I’m conducting research on the Mukau (Melia volkensii) at Better Globe Forrestry to write a thesis.

De Mukau is machtige boom, groeit supersnel, heeft zeer goed hout en door zijn diepe penwortel kan hij dat in semi-ariede gebieden na de startmaanden zonder enige vorm van watergift. Het enige dat BFG tegenhoudt om 1 miljoen bomen te planten is het aanbod aan zaden, de kwaliteit van de zaden en de kiemings-percentage van die zaden. Er zijn niet veel goede Mukau-bomen meer in de omgeving (allemaal weggekapt voor hun goed hout), dus zijn het enkel de minder goede bomen die overblijven. Daarnaast moeten de zaden eerst nog zeer veel arbeidsintensieve behandelingen ondergaan om dan een kiemingspercentage van maximaal 50% te behalen. Tevens geeft het stekken van bomen geen goede bomen en wortels…dus…ben ik de eerste in HEEL de wereld die een uitgebreid bewortelingsexperiment uitvoert op scheuten die “in vitro” gekloond werden in het labo. Het klonen is niet genetisch manipuleren of een of ander vreemde wetenschappelijk omzeiling van de natuurlijke processen, het is simpelweg het stekken van zeer jonge scheuten in een gel-achtig agar-medium die volledig steriel is. 1 stekje groeit snel en geeft na een goeie maand 4 tot 5 nieuwe stekjes, en als je snel even 4 tot de 11e berekend, dan begrijp je waarschijnlijk wel hoe snel je 1 groot bos kan aanplanten met deze vermeerderingsmethode.
Aangezien deze kleine scheutjes (niet groter dan een grasprietje) opgegroeid zijn in een steriele omgeving met een relatieve vochtigheid van 100% zijn ze uiterst zwak, ze hebben nog geen buitenste cellaag (cuticula) die hen beschermt tegen uitdroging en pathogenen (waarvan schimmels de grootste problemen geven) en oog nog geen wortels. Ik moet dus een manier vinden om deze zwakke kleine mietjes te laten uitgroeien tot stoere droogteresistente hardhoutbomen zonder dat ze allemaal het loodje leggen in deze zeer mietjesonvriendelijke omgeving.

Dus…donderdag 21 juli kwam ik na mijn bezoek aan de lokale politie en mijn verblijfsplaats (een soort van bungalowpark voor de werknemers van de elektriciteitscentrale van de stuwdam) op de plantage aan, alwaar ik dacht de boompjes dezelfde dag nog te kunnen uitzetten. Maar er moest nog veel gebeuren, meer dan ik had verwacht, en dat duurde ook veel langer dan verwacht. Vooral het wassen van de kokosvezel (die normaal een veel te hoog zout-gehalte heeft) duurde heel lang. Uiteindelijk konden we tegen zaterdagmiddag de eerste 3 groeikisten of propagators zoals we dat hier noemen, beplanten. Zondagmorgen hebben we dan de laatste 3 kunnen volsteken. In totaal zijn er zo’n 420 plantjes (2 verschillende klonen) onder 2 verschillende vochtigheidsbehandelingen in 4 verschillende bodemmengsels uitgezet, dit zou moeten zorgen voor statistisch goed onderbouwde resultaten. Het zou toch moeten, want uiteindelijk heb ik veel moeten improviseren, temperatuurregeling kan enkel door de zon en/of de wind af te schermen, de luchtvochtigheid in de propagators hoog houden gebeurde door potten uitgesneden uit kapotte bidons met water te vullen, het kuisen en steriliseren van het materiaal, weleeuuh, laten we zeggen dat dat niet altijd even goed kon gebeuren waardoor er nu zeer veel besmettingen zijn natuurlijk. Ik zit in een heel arme streek, dus moet ik het dan ook doen met de dingen die ik vinden kan. Maar de mensen hier zijn vindingrijk, op alle vlakken, voor elk probleem is er altijd wel een oplossing (later meer hieromtrent). 

Volgende keer zal ik meer vertellen over mijn ervaringen en indrukken, nu weet je toch al de reden van mijn verblijf hier!

Kwa heri!

2 opmerkingen:

  1. En wat is er dan gebeurd met de andere 80 zorgvuldig gestekt en verpakte melia's?
    Ben bezig met u 2e lading, nie veel meer over van diene 08 en heel veel van 65. Hoeveel plantjes wilde zo nog? En is da papierwerk daarvoor al in orde?
    yoooo

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Sim, you're tha MAN!
    Die 80 zijn gebruikt, om die 80 te vervangen die minderwaardig of dood waren, 14 dagen in die verpakking gezeten. Niet ideaal eh!

    Ik wil eigenlijk gewoon zoveel mogelijk plantjes! doet er niet zoveel toe dat er weinig 08'en tussenzitten, ik los dat wel op.
    Ze zouden wel groter en sterker moeten zijn, want die temperaturen hier zijn echt niet goed voor net-uit-in-vitro-komende plantjes. Ik denk zelfs dat het belangerijker is dat ze een goede dikke stam hebben, dan dat ze lang zijn, want de lange vallen om bij de minste voetrot. en ik had ook gedacht om die de laatste week wat op auxine te zetten, en mss ook wel gibbereline, zodat ze niet te groot worden en meer in de breedte groeien. Je Moet het eens bespreken met Proffesor Werbrouck.

    Je wordt er wel voor betaald, maar nog eens merci eh, Sim ;-)

    BeantwoordenVerwijderen